Positie : Port Moselle Marina, Nouméa, Nouvelle Calédonie.

Dag 5. (van onze tocht naar Nouméa.)

Alweer gaat de wekker om 4 u. Met frisse tegenzin kruipen we uit ons warme bed en kleden ons aan. Het is de laatste week echt fris, je kan ons in de kuip zien zitten met lange broek, trui, sokken in crocs ! De ideale schoenen voor op de boot, trouwens. Antislip, kunnen tegen water en een stootje.
Wanneer hadden we voor het laatst nog zoveel kleren aan ? Ons normale bootuniform is eigenlijk : geen kleren.

Vlug nog een kop Vanuatu koffie, dat kan nog net.

We varen nu in de grootste lagune ter wereld, noord-westwaarts naar Nouméa. Rode en groene “vuurtorens” en boeien wijzen de weg. Makkelijk zat. We genieten van de zoveelste zonsopgang, zien de eerste zeilboten (sinds anderhalve week) op anker dobberen en kruisen zelfs een paar moedige collega's die ook al vroeg onderweg zijn.

 

Ilot Porc-Epic.

8 uur is het en we komen bij Ilot Porc-Epic voorbij, ook hier staat zo een groene vuurtoren neergepoot. Dat schiet goed op, nog zo'n tiental mijlen te gaan. We kijken elkaar tevreden aan.

Maar, hoor ik dat goed, klinkt daar “Jakker” door de VHF radio ? Dat kan toch niet? En roept het officiële reddingsstation MRCC NOUMEA ons op?

Toch wel, daar schalt het opnieuw : “ JAKKER, JAKKER, JAKKER  - MRCC NOUMEA, MRCC NOUMEA, MRCC NOUMEA “.
(MRCC = Maritiem reddings-en coördinatie centrum . Search and rescue. )
En of ze ons oproepen! Als we antwoorden, verzoeken ze ons een Zodiac met vissers te gaan redden. Die zwalpen zonder motor ergens ver achter ons op zee. Of we hen een sleep kunnen geven en naar de kant brengen. Via onze AIS (Automatic Identification System) kan MRCC precies zien waar we ons bevinden, zo een 4 mijl bij de pechvogels vandaan, beweren ze.

Geen denken aan dat je dit verzoek zou weigeren, assistentie verlenen dat móet je gewoon. Tuurlijk, zoeken we hen wel even. Stel je voor dat jezelf in nood verkeert...

Maar makkelijk gezegd. Eerst zie ik helemaal geen bootje. Dan een stipje heel in de verte op de horizon. Wij daarheen. Een visser in een aluminium bootje, maar hij heeft geen panne, verzekert hij ons.

Nog verder weg ontwaar ik, met de verrekijker, wat wel eens een rubberboot zou kunnen zijn. Een kwartier later bereiken we de Zodiac met motorpech en pikken zijn sleeplijn op. De vissers gebaren hoe we moeten laveren tussen eilandjes door, een paar graden naar stuurboord, een beetje meer bakboord, naar de plek waar zij hun boot te water lieten.

Op 5 m diepte maken we los, ze waaien nu zo naar de kant.

Anderhalf uur extra motoren en 9 mijlen heeft het ons gekost. Zij gebaren dat ze ons een fles gaan brengen, als we in de haven liggen ! Benieuwd !

 Op sleeptouw.

Die haven, Port Moselle, bereiken we om 12 u, twee uur later dan verwacht. Zonder probleem krijgen we een plaatsje aan de bezoekerssteiger. Eindelijk zijn we op de plek waar we 10 dagen geleden al hadden moeten afmeren. In de marina is inklaren een fluitje van een cent. Enkel captain Tony mag van boord (wij zijn in quarantaine) om de nodige formulieren op te halen. Die invullen is altijd een hele klus, ze vragen je het hemd van het lijf, maar we zijn voorbereid, moeten vooral “overschrijven”.
Van de vriendelijke Biosecurity man, die waakt over het niet-binnenbrengen van schadelijke “beestjes”, krijgen we 10/10. Weet hij veel dat alle groenten, fruit, aardappelen en eieren al lang opgepeuzeld zijn op onze verlengde overtocht ! Met zijn zware schoenen komt hij aan boord, neemt een kijkje in onze koelkast, knikt goedkeurend naar onze vuilniszak, zonder organische afval en na nog wat vragen verdwijnt hij naar de volgende boot.

In Port Moselle.

De markt van Nouméa.

Als binnen de 2 uur de douane beambten niet zijn opgedaagd, hoeven we niet meer te wachten. We mogen weg.
“Immigraties” komen morgen aan de beurt. Zal wel geen probleem zijn, Europeanen krijgen zelfs geen stempel in hun paspoort. Wij mogen hier oneindig lang verblijven, zolang we niet werken.
Een beetje wankel, na dagen op de boot, maken we een eerste wandeling door het koloniale Quartier Latin.

De straten zien er veel duurder uit, de auto's en huizen ook, bijna Europees, Mediterraan eerder.
Maar de hobbezakken waarin de vrouwen van Vanuatu zich hullen, zie je hier weer terug, zonder de grote opgenaaide zakken en met meer kant.

Allemaal te danken aan de missionarissen die de “onzedige” rieten rokjes verboden en deze grote tenten invoerden. Nu zweren vooral de oudere vrouwen overal in de Pacidic bij deze vreselijk onelegante kleren.

 

 De dames in Vanuatu.

 

 

Additional information