Als afgelegen eilandjes met kleine dorpen en junglepaadjes, avontuur betekenen dan is Musket Cove Island: klassiek blauw-water-wit-strand vakantie. Mag ook wel af en toe. 

En zo zie je ook nog eens wat. De Isa World Cup Sup and Surf 2016 bijvoorbeeld. De aankomstlijn van het onderdeel lange afstand suppen ligt net naast “onze” Yachtclub bar in Musket Cove.
Een paar jaar geleden, in de Carieb, las ik voor het eerst een artikel van een dame gepassioneerd door “suppen”. Nee, ze had het niet over één of ander exotische soep, ze was verslingerd aan stand up paddlen.
Vorig jaar, pas nadat zoon Bert er in Tahiti eentje kocht, probeerde ik mijn eerste “stapjes” op het water. Echt, zo ziet het er inderdaad een beetje uit alsof je op water wandelt. Rechtop staand op een plank, beweeg je je voort met een peddel. Er is ook de prone discipline, dan peddel je al liggend of zittend op je knieën.

We gaan natuurlijk een kijkje nemen bij de finish. Leuke ambiance. Veel mooi gespierd, jong geweld in tanga en boardshort onder de supporters en deelnemers. Behoorlijk wat teams uit Europa. Belgen en Nederlanders ontbreken.

De tweede dag zijn de vrouwen aan de beurt. Veel minder deelnemers maar even fanatiek. Mooi is het onthaal van de allerlaatste dame. Iedereen die een sup kan bemachtigen, vergezelt haar tijdens haar laatste meters. Meer dan drie uren deed de Indiase over de 17 km. Drie uren in de brandend hete zon. Een volhoudertje.

 



Morgen is het “golvensurfen met sup” bij Cloudbreak, ook erg spectaculair. Maar dat zullen we op het kleine scherm moeten volgen.
De dagen in Musket Cove, wachtend op onze bestelde ankerketting, gaan ontzettend snel. Als je de hitte durft te trotseren, kan je eindeloos wandelen op de heuvels rond de resorts. Afkoelen doe je dan weer in het blauwste water. Of je gaat snorkelen op de bommies rond de “zandplaat”.


Af en toe een ice coffee, een bbq potluck met andere cruisers, een Fiji Bitter sundowner: ons hoor je niet klagen. Vooral niet nu we binnen enkele weken bezoek krijgen van dochter Karen en schoonzoon Jean-Marc

 

Jarig.
Vandaag word ik 65, je mag dat gerust weten. Beetje griezelig die leeftijd. Hoor ik nu bij de bejaarden? Voor ik daarover kan beginnen piekeren, neemt mijn schat me mee in een taxi naar de luchthaven. Er volgt een echte check-in en de vriendelijke man aan de balie wenst me een gelukkige verjaardag. Waar gaan we heen? We wachten bij de “domestic flights”. Bij de naamafroeping van de mensen voor Pacific Island Air, klinkt ook onze naam. Via trap en ladder klim ik in de “ de Haviland Otter”, het watervliegtuig, dat we een paar weken geleden zagen landen. Ik mag vooraan zitten, naast de knappe Christiano, die mij ook nog een keer feliciteert. 

Yasawa eilanden.
Daar gaan we voor een twee uur durende vlucht over de Yasawa eilanden (Fiji). Spectaculaire landingen. Opstijgingen gevolgd door een stijle 360° bocht over het resort, een scheervlucht langs rotsen, laag over de riffen. Sportief vliegen, ik hou daar wel van. Eenmaal op het water geland, laat Christiano het vliegtuig gewoon drijven, hij springt naar buiten, op de drijver, doet de deur achteraan open en begint bagage naar buiten te gooien in een wachtend bootje. Aankomende en naar huis vliegende passagiers wisselen van plaats. Stappen via de drijver, in en uit het taxibootje. Grappig. En daar gaan we weer.
Een geweldige belevenis. Tony weet de bittere pil van mijn verjaardag wel te verzachten. Dit vergeet ik niet snel.

 

Musket Cove.
Een paar dagen later lossen we de mooringboei in Port Denarau en varen de 15 NM naar Musket Cove. Eén van de goed beschutte baaien van de Mamanuca eilanden. De blauwe kleurtjes, het gele strand, de snorkelriffen , het is er weer allemaal. Ook het oudste resort van Fiji dat jachten hartelijk verwelkomt. Moeilijk je voor te stellen dat hier soms 60 zeilboten liggen. Nu is het er rustig. Enkel de Fiji blijvers hangen hier nog rond en de zeilers die wachten op een weervenster richting Nieuw-Zeeland. Wij horen bij de eerste categorie : willen in Fiji het cycloon seizoen overzomeren (november – april). 

Wow, wat is dat hier voor een kermis! Daar moeten we even aan wennen. Gedaan met de stille baaitjes, de rustige dorpjes waar enkel spelende kinderen, honden en hanen lawaai maken. Dit is Port Denarau, dé toeristenhub bij uitstek.
Met pretzoekende mensen overladen boten zetten koers naar de eilanden in de omgeving. Zoveel volk bij elkaar, waar zagen we dat voor het laatst ? De shopping mall, de omringende restaurants, alles overspoeld door toeristen veelal in onflateuze kleren, zoveel mogelijk huid aan de zon tonend. Nu begrijp ik de inlanders, die geshockeerd reageren op die bikini's, mini-topjes, broekjes, shorts voor mannen : die dresscode van toeristen....helemaal geen dresscode!

Toen we binnenvoeren, vertelde de vriendelijke dame aan de VHF radio me dat er voorlopig geen moorings vrij zijn, maar voor Jakker is er een plaatsje aan de steiger naast het superjacht-expeditieschip SuRi. We kijken zo in hun garage binnen, de inhoud : een helikopter, een ultra light watervliegtuig, ontelbare surf- en kiteboards, SUP's, rekken met wetsuits enz.

Boven midden : een blik in de garage van superjacht SuRi, helikopter, ULM op drijvers...
Beneden midden : ikke met David (Rewa). 
De rest : beeldjes van Port Denarau Marina. 

Nee, we zijn hier niet om ons daaraan te vergapen. Er is weer eens werk aan de winkel en this is the place to be daarvoor. Vooral onze ankeruitrusting is toe aan herstelling/vervanging.De ankerketting, gekocht in Panama 2014, is flink verroest, vooral het veel gebruikte middenstuk. We bestellen een nieuwe.
Op sterven na dood is de ankergipsy. De “schijf” met inkepingen, waarin de kettingschakels passen, die op de ankerwinch is gemonteerd. Zo “draai” je het anker omhoog.
Tijdens de sundowner bij Cardo's ontmoeten we Tom. Hij heeft nog wel ergens aan boord een oude gipsy. We mogen die hebben. In de werkplaats op het haventerrein laten we een bus draaien, opgelost.
Zo zie je maar, er wordt echt niet enkel gezwetst tijdens de sundowner. Deze ontmoeting brengt ons vele honderden euro's op. Al vindt Tony de prijs die ze bij Elisha Engineering voor het draaien vragen zwaar “erover”. Bij hen hebben we ook onze verroeste ankers binnengeleverd om te galvaniseren. De prijs daarvan weten we nog niet exact.



Andere reden voor ons bezoek aan Port Denarau : groot weerzien met David (Rewa). Twee jaar geleden zagen we hem voor het laatst. Hij gidst ons naar de populairste bar, het beste restaurant in de marina, stelt ons voor aan vrienden. Neemt ons met de dollarbus mee naar Nadi town.
Enorm druk is het daar want het weekend van Diwali, Hindoe feest van het licht. Een shoppende menigte doet er een soort kerstinkopen.
De avond van Diwali, zelf. De avond van het vuurwerk verzuipt letterlijk in tonnen water.

Nog een verrassing : we ontvangen weer FM radio met golden classic muziek en tijdens een nieuwsbulletin horen we warempel Belgium vernoemen. Echt waar, de heisa rond Ceta heeft de andere kant van de wereld bereikt.