Positie : 18°51,19 Z 159°48,38 W 

De ochtend van vrijdag 17 juni vergast ons op regen. De ene na de andere bui spoelt het zout van dek, net zoals in een onvervalste carwash. Nadeel : met de wind achterlijk, regent het gewoon binnen in de boot. Luik dicht dus en wij verschansen ons in de kajuit. Af en toe gaat een vrijwilliger buiten een kijkje nemen. We zien de bescheiden lichtjes van Aitutaki (Cook eilanden) doorheen de regen priemen en voelen ook al de beschutting die het eiland levert. Eindelijk nemen de golven af en kunnen we langzaam relaxen. 
De verleiding die van het eiland uitgaat is te groot. We besluiten hier onze reis te onderbreken en een ankerplek te zoeken. Veel keuze is er niet. De kunstmatige pas is te ondiep. We kunnen met onze 2 m diepe kiel niet naar binnen. We moeten dus vlakbij de ingang van de pas ons geluk proberen. Dat lukt ons aardig aan de stuurboordkant van de pas, maar nog geen kwartier later moeten we toch, op vriendelijk verzoek, naar de bakboordkant verkassen. Er is geen andere mogelijkheid dan tussen het koraal. Boeien hebben ze hier niet voorzien. Laat ons bidden dat ons anker hier niet potvast komt te zitten. 

In mijn lichte "zweeftoestand", na een paar nachten met weinig slaap, zie ik de Bounty op deze plek voor anker liggen. Kapitein Bligh stapt heen en weer op het dek. Hij is de allereerste Europeaan die hier voet aan land zette.

Tony doet hem dat na, zo gauw we onze Jak met motortje in het water hebben. De kapitein moet gaan inklaren, talloze papieren invullen, verklaren dat we geen fruit of groenten aan land zullen brengen en omgerekend 150 ? (234 NZ$) betalen. Nadat Tony bevestigt dat we geen lijken, besmettelijke ziektes, verstekelingen aan boord hebben, heet de custom - immigration officier ons plechtig : "Welcome to Aitutaki" en goedgekeurd voor een verblijf van 31 dagen. Laten we hopen dat het weer ons niet vroegtijdig van onze ankerplek verjaagt.