Even in reisgidsentaal : hét hoogtepunt van Tumakohua pas (Fakarava Zuid) zijn natuurlijk de haaien. Die krijgen zeker vier sterren. Maar je moet hier ook op bezoek komen voor het mooist gelegen duikpensionnetje ter wereld :
Tetamanu Village. Een plaatje, bovendien gelegen ín de pas. Nooit tevoren was duiken zo makkelijk. Je stapt quasi van het terras van je bungalow (of als je hier niet verblijft, van de steiger) met je uitrusting in het water, laat je zakken en bevind je onmiddellijk in het meest onwaarschijnlijke aquarium met honderden haaien, miljoenen vissen en visjes en een tiental reuze Napoleonvissen. Indrukwekkend, hun kameleon-ogen, hun dikke lippen, hun beetje scheve manier van zwemmen. En als ze die lippen een paar centimeter naar voren uitschuiven om hun voedsel naar binnen te "zuigen", valt je mond open... nee, niet doen, je bent aan het duiken, remember!

 

Annabelle en haar man Sané, die hier in het nu bijna verlaten dorpje Tetamanu, geboren is, zijn de eigenaars. Zij zwaait de plak. Ofwel lig je haar, en dan kan je niks misdoen, ofwel lig je haar niet en dan kan je het wel vergeten. Cruisers durven haar wel eens Crazy Annabelle noemen.  Als je haar een keertje hebt horen roepen en tieren, begrijp je het helemaal.


Jean-Marc en Karen hadden hier een geweldige tijd. Ze waren meteen goeie maatjes met iedereen, van Annabelle en haar man tot de kok, de instructeurs en de Polynesische madammen van het personeel.
We spoelden er ons duikmateriaal, douchten onszelf en bespaarden zodoende liters water aan boord. Het kokosbrood van Sabrina smaakte heerlijk.



Daarom zijn we nu terug onderweg naar het zuiden, een week nadat Karen en Jean-Marc vertrokken. Wij willen Fakarava nog geen vaarwel zeggen.

Vannacht slapen we in de beschutting van een kleine bocht bijna halfweg Noord- en Zuid-Fakarava. Eén huisje staat er. De man komt naar ons toezwemmen om een praatje te maken. Is dit voor hem, zijn vrouw en zoon, ook het paradijs? Wij hebben aan boord zeker meer comfort dan hij.