Een steen in de kikkerpoel !
De grijze "Douane Française-boot" doemt, als een boze tovenaar, plots op in onze baai. De nervositeit onder de zeilers stijgt. We zullen gecontroleerd worden, zoveel is zeker. Het zal gaan over drank, drugs en vuurwapens. Goedkope drank aangekocht in Panama, omdat zeilers weten dat wijn hier minstens drie keer zo duur is.
Maar hoeveel wijn en sterke drank mogen we bijhebben? De wet verandert zo vaak.
De ambtenaren laten er geen gras over groeien en meren hun dinghy meteen langszij het eerste slachtoffer, een Franse zeilboot. Snel gaat het daarna als een lopend vuurtje rond. Ze hebben geprobeerd de douane te beduvelen en komen zwaar bedrogen uit. Hun boot wordt volledig doorzocht en overhoop gehaald. De 24 wijnflessen worden aangeslaan en een boete van 20 € per fles opgelegd. Razend is de kapitein als hij het ons vertelt. Van je landgenoten moet je het hebben.
Offer aan Neptunus
Als we ook van de "Annka" horen dat ze 2.000 € taks hebben moeten betalen op hun wijnflessen en 2 vuurwapens, nemen we het zekere voor het onzekere en zorgen ervoor dat we exact overhouden hetgeen we bij onze aankomst hebben aangegeven. Neptunus zal ons dankbaar zijn voor die paar flessen die we "vergaten" te melden.
Als we woensdagochtend na een fikse regenbui anker op gaan, wenken de douanemannen vanuit de kuip van onze buurman tot afscheid. Wij kregen nog steeds geen bezoek!
Op motor, want er is te weinig wind en de zee gaat flink tekeer, overbruggen we de afstand van 9 NM naar Tahuata. We zijn toe aan rust en dat hopen we daar, bij het enige zandstrand van de Markiezen, te vinden.
Manta's en douane.
De volgende ochtend om 6 uur beleven we een waw-moment. Twee manta roggen doen zich te goed aan het plankton vlakbij Jakker. Niet makkelijk : recht uit je bed in het water springen, in de ochtendkoelte, maar we doen het. Onbeschrijflijk hoe sierlijk deze enorme dieren (2,5 m) al vliegzwemmend door het water glijden, de twee uitsteeksels aan hun kop gebruikend om kril te verzamelen.
's Avonds net voor het donker weer een waw-moment, van een heel andere orde dit keer. De grijze boot van de Franse douane verrast ons ook in deze bocht. Hun dinghy komt langszij en een goedige, oudere Fransman stapt aan boord. Het gaat allemaal heel snel : papieren van boot en personen, formulier invullen. Dan komt de vraag : "Rien à déclarer?" We zeggen ons lijstje op. Blijkt nu dat je zoveel mag binnenbrengen als je wil, als je het maar mooi declareert! Zonder taksen, blijkbaar. Nieuwe wet!
Ja, als we dat geweten hadden. Al belgenmoppen vertellend, verdwijnt hij even snel als hij gekomen is naar onze Zweedse vrienden van de Liv.
Was dat alles?! Tijd voor onze "sundowner" dan !
Zaterdag 24 mei 2014 :
"Ik wil de wereld zien...
...Brel zijn mooie Îles Marquises
in plaats van thuis te zitten kniezen....."
Johan Verminnen klinkt in mijn hoofd als we surfend op hoge golven de baai van Brels eiland, Hiva Oa, binnenstormen.
Snel (op 7 uur tijd) en makkelijk zeilden we van Fatu Hiva hierheen, maar in de onbeschutte Taha'uku baai komt de hoge deining gewoon binnendonderen.
Er liggen acht jachten op anker en wij vinden nog een plaatsje achter de korte pier waar we op een beetje beschutting hopen. Iedereen heeft een achteranker uit, om met de kop op de golven iets comfortabeler te liggen en blijft dus mooi op zijn plek. Je moet wel meedoen, anders ben jij de enige die ronddraait op de wind en kom je in conflict met de boten rondom. De schipper van "Max" pakt even ons achteranker in zijn dinghy en dropt het ruim achter Jakker. "C"est l"enfer, ici" zegt onze buurman. We zijn gewaarschuwd. Rock en rollen zullen we toch, ondanks dat achteranker. Maar we willen hier officieel inklaren in de Markiezen én we kunnen het niet maken Brel links te laten liggen !
Maandag 26 mei 2014 :
Als we onze duim opsteken, neemt een vriendelijke dame ons mee naar de 4 km verder gelegen gendarmerie in hoofdstadje, Atu'ona. Alles gaat als een fluitje van een cent. Eén formulier invullen, bij het postkantoor een zegel kopen en een kopie opsturen naar Tahiti. Klaar! We zijn geen illegalen meer. Toch één addertje onder het gras. Wat hebben we aan te geven, "à déclarer" (net als in de oertijd voor de E. U.) . Ik vul in : 2 l wijn en 7 l sterke drank. Hoeveel mag je eigenlijk bij je hebben?
Volgende halte : het Brelmuseum. De ruimte wordt bijna helemaal in beslaggenomen door zijn vliegtuig "Jojo" dat hij aankocht om makkelijk mensen en spullen mee te nemen hierheen. Toen hij aan kwam zeilen in 1975, zag hij met lede ogen dat Tahiti economisch veel verder stond dan de Markiezen, die aan hun lot werden overgelaten. Hij wilde dit veranderen. Wilde meerdere vliegtuigen aankopen om op die manier de eilanden uit hun isolement te halen, medische hulp dichterbij te brengen e.d.
Hij overleed voor hij dit allemaal heeft kunnen realiseren.
De Brelmuziek die weerklinkt, bezorgt mij kippevel. Ik schrijf, ook in naam van mijn schoonmama, een paar regeltjes in het gastenboek.
Op het kerkhof bezoeken we de twee beroemdheden : Jacques Brel en Paul Gauguin, ze liggen er onder de bomen met Tiaré bloemen.
Het Gauguin museum, vol met goedkope, slechte kopies van zijn werk , stelt ons teleur. We waren gewaarschuwd.
In de kleine supermarkt watertanden we bij het zien van de vele Europese produkten. Geen superzoete Amerikaanse spullen meer. Maar, ook dat wisten we, vreselijk duur is het hier. De Jakker index gaat naar rood. Meer dan dubbel zo duur als Panama! Soit !
Mevrouw aan de kassa is in de wolken als ze hoort dat we Belgen zijn, net als Brel. Zij heeft hem gekend, vertrouwt ze me toe. Een ingoed mens en weldoener voor de mensen van Hiva Oa. Jammer dat hij slechts drie jaar in hun midden was.
Dinsdag 27 mei 2014 :
We kunnen nog auto rijden ! Zijn met onze huur-Suzuki 4x4 helemaal naar de andere kant van Hia Oa gereden naar de meest indrukwekkende archeologische site van de Marquesas. Een groot aantal platformen getuigen van een beschaving voor de komst van de Europeanen. Op deze religieuze plek staan nog 5 tiki's overeind. Eentje, 2m67 hoog (de grootste van Polynesië) stelt krijgsheer Taka'i voor. Er is ook nog een op haar buik liggende vrouw, de armen naar de hemel uitgestrekt.
Stel je voor dat op deze magische helling midden de jungle mensen werden geofferd.
Er is maar één weg dus wij weer terug in dezelfde Parijs-Dakar stijl. In het oosten dicht bij de zee is de weg angstwekkend slecht. Aan twee zijden afgrond, heel smal, haarspeldbochten die steil omhoog gaan en veel stenen waarop de banden van je auto "springen". Maar het lukt ons in een tweetal uurtjes en de vergezichten zijn overdonderend.
Als we naar de volgende site rijden, regent het pijpestelen. Onder de meer dan driehonderd jaar oude broodvrucht- en palmbomen bevinden zich duizenden platformen gemaakt van opeengestapelde stenen. Een klein stuk ervan is gerestaureerd. Magische plek.
Aan de achterzijde rijst een kraterwand loodrecht omhoog. Overal zie je waterval linten.
Prachtig.
Eindelijk stopt het met regenen en kunnen we deze, onze huwelijksverjaardag, besluiten met een etentje op een terras!
Vrijdag : 23 mei 2014 :
Daar komt de Aranui 3 Hanavave baai binnenvaren en dropt het anker achter ons. De Aranui : vracht- anex cruiseschip. Wie beweert iets over de Markiezen te weten, moet haar kennen.
Zij is de navelstreng voor de zes bewoonde eilanden. Brengt onontbeerlijke levensmiddelen, bouwmaterialen en machines aan en neemt kopra, zakken vol limoenen, bananenstammen mee terug naar Tahiti.
Samen met al die vracht verblijven er ook toeristen aan boord. 250 mensen bezoeken op deze wijze het wonderlijke "Land van de Mensen" zoals de inlanders hun eilanden noemen. De toeristen betalen veel geld voor een kajuit aan boord en varen twee weken mee.
Fatu Hiva is in feest als de boot aanlegt. Even is er weer overvloed. De winkel propvol. De kasten en koelkasten thuis goed aangevuld. Iedereen die kan, duwt een volgeladen kruiwagen voor zich uit.
De toeristen worden op passende wijze ontvangen. Ook de cruisers zijn uitgenodigd.
Maar onze dinghies (onze "auto's" in feite) mogen dit keer niet aan het dok blijven liggen, daar moeten de landingsvaartuigen van de Aranui lossen en laden. De bijbootjes worden dus netjes op het grasveld gedeponeerd. Makkelijk zat als je genoeg volk hebt.
Op het pleintje is er een kraampje met houtsculpturen en tapa (stof gemaakt door eindeloos op boomschors te kloppen). Men demonstreert het maken van de befaamde monoi olie. Kokosmelk en geurige bloemen mengen en filteren, de zon doet de rest. De geurige olie wordt gebruikt als bodylotion, baby olie, olie voor de haren, insectenverjager.
De meeste aandacht trekken de danseressen. Onder begeleiding van drie grote drums en hun eigen gezang heupwiegen ze voor de toeschouwers. Hoe moeilijk dit wel is, merk je als de toeristen ook een pasje (moeten) wagen.
Een gepast afscheid van Fatu Hiva lijkt ons dit, als we langsheen de voetballende inlandse en bootkinderen lopen.
Morgen op naar Hiva Oa.
En toen gaf onze beste laptop de pijp aan Maarten! Vier jaar oud. Een cadeau bij ons vertrek. We hebben net nog een film gekeken maar nu is het uit !
Weg fotomapjes die ik mooi had voorbereid om op de site te zetten. Weg verhaaltje van de Aranui.
Rest ons nu nog enkel de kleine notebook. Laatste redmiddel. Zelf ook niet 100 % in orde. Hij is voorhistorisch traag en de geluidskaart gaf de geest.
Via die notebook kan ik je nu vertellen dat we nog een uurtje te zeilen hebben tot Hiva Oa. Het administratieve hoofdeiland van de Marquesas. La belle, noemen ze het. Ook het eiland van Jacques Brel. De overtocht vanuit Fatu Hiva, waar we vanmorgen om 7 u vertrokkenn verloopt bijzonder vlot. Koffie zeilen noemt Gunther dat.
Halve tot ruime wind en de golven zijn niet al te hoog. Nu maar hopen dat we een beetje beschut kunnen ankeren, want dat lijkt hier nogal een probleem te zijn.
Als ik dit nu via de Ham radio kan versturen, ben je toch nog een beetje op de hoogte.
Eerst schept Jacques het zand weg. Vervolgens trekt hij samen met Kathy, het dekzeil opzij. Dan worden de reuzengrote bladeren die erover liggen weggenomen en daaronder zit...nee, geen varken zoals wij verwachtten, maar verschillende schotels, in aluminiumfolie verpakt.
Een tiental cruisers is op de uitnodiging van deze familie ingegaan en neemt nu uitgebreid foto's van deze "oven in de grond", de traditionele manier om varken of geit te bereiden.
Lang geleden wellicht ook de "cochons longs" (lange varkens). Zo noemden de voorouders - kannibalen de mensen die ze opaten. Veelal vijanden, slachtoffers van een stammenoorlog, of gewoon mensenoffers. Moeilijk je voor te stellen dat deze vriendelijke mensen van zulke koppensnellers afstammen.
Maak je maar geen zorgen.
Nu schuiven we zelf aan, aan de lange tafel die ze in hun ongelooflijk mooi wilde, natuurlijke tuin hebben opgesteld. Er is geit, varken, inktvis, verschillende soorten gestoofde bananen en bananenpuree, broodvrucht, maniok (= yuca) en een overheerlijke gekarameliseerde pompoenpuree in kokosmelk. Alles uit de grondoven. Zelfs de bekende "poisson cru" (niet uit de oven, natuurlijk ) ontbreekt niet.
We eten ons buikje rond en leren deze familie wat beter kennen. Zoon, Pascal (10 j.) en dochter Caroline (8 j.) van Jacques en Désiré, komen we vaak tegen als we wandelen doorheen het dorpje. Serge, de man van Kathy, ontmoeten we later bij de bakker.
Als we aan hem vertellen dat we binnenkort vertrekken naar Hiva Oa, dringt hij aan dat we nog een dag zouden blijven. Morgen komt namelijk de Aranui ! En dat betekent : feest! Maar daarover morgen meer.