Minder wind (zondag 13 juli 2014)
De noord-westen wind geeft heel langzaam zijn plaatsje weer af aan de normale passaatwind uit het zuid-oosten, zo kunnen wij uit ons schuilplaatsje in Hirifa komen kruipen.
Als ik 's ochtends de instrumenten opzet om te vertrekken, prijkt daar op onze AIS een bolleke waar de naam Nautilus bijhoort ! Ze varen nog zo een 5 mijl van ons vandaan, buiten op zee dan, veronderstel ik. De reactie, als ik hun oproep, is gewoon hartverwarmend.
Hun buitenvaart door de pas in Tahanea, gisteren, mag in het vakje "dit-doen-we-nooit-meer" maar buiten wat witte neuzen hebben ze die wasmachine ook weer overleefd. Ze horen mij graag zeggen dat het hier in Fakarava helemaal goed komt.

365 dagen.
Een paar uur later liggen beide boten en bemanningen samen, in een soort swimmingpool (helemaal achter het rif aan bakboord van de zuid ingang), de "365 dagen weg van huis" van Nautilus te vieren.

Er zijn hier veel eilandjes te verkennen en het roze zand, maar dé attraktie is de pas door het rif. We moeten met onze dinghies ver omvaren want het rif blokkeert gewoon de doorgang, maar het is de moeite.
Aan de zeekant laten we ons in het water zakken, we drijven samen met de bijbootjes, Jak en Nautilusje, gewoon binnen.
Niemand had ons op zo een aquarium kunnen voorbereiden. Seppe en Fien, wild van enthousiasme, roepen, snorkel in de mond, naar mama en papa. Zoveel haaien, tandbaarzen, vlindervisjes en reuzegrote Napoleonvissen, hoe kan je dan stil blijven.

Haaien en Napoleonvissen.
Wij doen datzelfde stuk al scuba duikend, met Hans. Je zit dieper, ziet meer, vooral de haaien die op de bodem liggen en de stroming door hun kieuwen laten lopen. Maar er is vandaag minder zon en snorkelen is zeker zo spectaculair.

Wij, die nog nooit Napoleonvissen zagen, roepen deze weliswaar tamme exemplaren uit tot de showbeesten van Fakarava!!! De mensen die hier 600 haaien in de pas en 300 erbuiten telden, zullen het hiermee niet eens zijn.
Maar zo een confrontatie met de dikke, meer dan een meter lange Napoleonvis, met zijn vreemde ogen en grappige staart, onvergetelijk.

Al moet ik zeggen, het beeld van Fien en Seppe, snorkelend in het ondiepe water, met minstens tien zwartpuntrifhaaien rustig rond hen heen en weer zwemmend, is al even hallucinant. Ga dat thuis maar eens vertellen!

Eén van onze onderwatercamera's dampt altijd aan, maar we proberen foto's te maken, beloofd.


Dinsdag 8 juli 2014 :
De lagune van Fakarava is een soort grote rechthoek. 20 op 54 km groot. Eén grote binnenzee met een randje koraal afgewisseld met motu's (palmeneilandjes). Een hele plas water. Plas water die beweegt...naar buiten en weer naar binnen door twee doorgangen, eentje in het noorden en eentje in het zuiden. Jakker ligt op anker, stuurboord van de zuid pas. Op zand met behoorlijk wat koraalblokken, waar de ankerketting zich rond kan wikkelen.

Met onze Jak gaan we een uurtje voor zonsondergang, die is al om 17u15, een kijkje nemen in de zuidpas waardoorheen wij binnen voeren. Meteen grijpt de stroming ons. Rondom kolkt en borrelt het. Ik zie reuze draaikolken, zoals wanneer je bad leegloopt, maar honderd keer groter, iets voor een science fiction film. Elders ontstaan brandinggolven door de stroming of wordt het water juist super glad getrokken. Angstwekkend! Als hier je motortje uitvalt!
Maar dat doet het niet en Tony maakt een mooie "slippende" bocht en draait tegen de stroom in. We nemen een kijkje aan wal. Drinken een Hinano bier bij de duikclub waar de kok het diner voorbereidt en kleine stukjes afval in het ondiepe water smijt. Een tiental haaien, 1,5 m lang, happen naar de stukjes en zwemmen sierlijk heen en weer, Prachtig om zien. Zwarttip rifhaaien, dat is duidelijk, allemaal zwarte tippen net boven water. Slanke lijven, in verhouding grote koppen en bekken.
Morgen komen we in de pas snorkelen.

Donderdag 10 juli 2014 :
Als zo vaak is dat buiten de waard euh wind gerekend. Vroeger dan voorspeld, draait hij naar het noorden en liggen we oncomfortabel. Op Tony's aanwijzingen wikkel ik, al varend van hier naar ginder, de ankerketting volgend, deze rond een blok uit en weg zijn we, steeds heel goed uitkijkend voor ondieptes.
Zo komen we na twee uur aan in de vrij goed beschutte baai, Hirifa.
Geen enkele andere boot te bespeuren. Een huisje met rood dak, bij een idylisch strandje, blijkt het restaurantje te zijn van Tonio en Liza, een Polynesisch koppel. We krijgen water en een stukje taart aangeboden en beloven hier morgen te komen eten.
Pas als we na een uurtje vertrekken, zien we de vlaggen van zeilers die ons voor waren. Warempel : Rewa, Tara, Liv !

Vrijdag 11 juli 2014 :
We zijn met 12 personen voor het diner want vandaag kwamen er nog twee cruisers bij. Miss Tahiti die op het superjacht "Silencio" verblijft, samen met een Franse TV presentator, mengt zich liever niet onder het gewone zeilersvolkje.
Ze heeft ongelijk. De verse vis met roquefortsaus en frietjes smaakt overheerlijk!

We maken kennis met de Amerikanen van "Nirwana"...en of ze België kennen. Zoontje Axel (tweede naam : Eddie ) is genoemd naar de zoon van Eddie Merckx, dé favoriete renner van papa Greg, zelf ook geen onverdienstelijk renner.

Deze fantastische avond sluit Liza, onze gastvrouw, af met een serenade op de ukelele, oorspronkelijk van Polynesië, bij ons aan tafel.
O ja, en de vlag van Jakker hangt nu broederlijk naast de andere.


Wat is dat met ons?
Eerst vechten we, tegen wind, stroom en golven, om op die ene nooit geziene, ultieme plek te raken. Daar aangekomen zwelgen we in euforie, ontspannen volledig, genieten...een paar dagen. Dan begint het opnieuw te kriebelen. Vergeten zijn de voornemens om hier lang te blijven. Steeds verder moeten we. Opnieuw snuffelen we in pilots en verslagen van andere zeilers (die in deze digitale tijd in talloze mapjes op "stick" staan) naar nieuwe uitdagingen, nieuwe bestemmingen. Het moet iets in ons bloed zijn. Reizigers ADHD ?!

Hoe oogverblindend de motu's (= eilandjes) aan de zuidoost kant van Tahanea ook zijn. Hoe leuk de feestjes bij het grote kampvuur, die specialist stoker Hans (Nautilus) aanlegde. Hoe aangenaam het zitten op de, eveneens door Hans gesjorde banken van "wandelende bomen hout", in het gezelschap van de Canadezen (Fluenta), de Zweden (Litorina) maar vooral de Vlaamse schatten van Nautilusjes ook is : wij scheuren ons los.
We willen echt geen tranerig afscheid nemen en zeggen gewoon : "Tot ziens !", na een laatste drankje in de kuip van Jakker.

Tot ziens.
Tevergeefs wachten we maandag op de beloofde afnemende wind. Komt hij niet? Ok, dan steken we maar mét harde wind de lagune over. We hoeven enkel onze route lijn op de plotter in omgekeerde richting te volgen. Zo zijn we veilig hier geraakt, zo raken we ook weer veilig terug bij de uitgang van Tahanea. Als we daar twee uur later aankomen, is de wind wel afgenomen. Het kalme jade-groene, ondiepe water in de beschutting van het rif, overgaand in diepblauw, dieper water, blijven fascineren.

Paaltje pikken.
Een kwartier voor zonsondergang verlaten we Tahanea. Anderhalf uur voor hoog water, dat moet kunnen. De inkomende stroming zal al wel wat afgenomen zijn. Toch nemen we onze voorzorgen. Altijd : personen aanlijnen, luiken, ook de ingang, dicht. De golven zijn middelmatig, één keer pikken we een serieuze paal. Zo heet dat echt in oeroude Nederlandse zeetaal. Geloof me, zo een klap op een golf is echt als een smak tegen een paal.

Buiten kalmeert de zee snel. Zeilen maar ! Naar Fakarava, volgende atol, 55 mijl.
Zoals verwacht, laat de wind ons halfweg de nacht in de steek. Op motor halen we de kentering bij laag water precies op tijd. Hoe we aan de exacte tijd komen? Vraag dat maar aan onze dochter. Die schat mailt ons de getijden door voor de atollen die niet in ons getijdenprogramma staan.

Rond zonsopgang komt een bevoorradingsschip voor de Tuamotus, Tapoko 9, op ons toe. Voor Tony kan vragen wat zijn koers is, wijkt hij uit voor ons, vraagt of we problemen hebben en of hij kan helpen. Zo een vriendelijke kapitein, du jamais vue !

Rustig stromen we rond 8 u Fakarava Zuid Pass ( Passe Tumakohua) binnen. In het midden liggen een hoop koraalblokken boven water. Pas op, de stroming zet er ons heen. Hard bakboord uit en we zijn er voorbij, in dieper water, tussen de rode en groene boeien.
Lang geleden dat we die nog zagen. Hier, in dit stukje exotisch Frankrijk, komen we ze weer tegen. Rood links als je van zee komt. "De kant van je hart, want dat klopt voor je liefje," zeiden de zeemannen vroeger.

 

Donderdag : 3 juli 2014 : 

Tony heeft een schaafwonde aan zijn knie. Tja, als je vrijduikt tussen koraalblokken en bovendien probeert de ankerketting rond zo een blok uit te wikkelen, raak je het koraal soms even. Zo een wonde geneest erg moeilijk, ontsteekt vaak, zeker als je elke dag opnieuw in het zeewater gaat. 

Dankzij de bacterie dodende zalf van Katrien (Nautilus) krijgt Tony weer een mooi nieuw velletje, maar hij wil het lot niet tarten en blijft nog een paar dagen uit het water.

Het project, vuil verbranden op het strand, is als nuttig tijdverdrijf dus perfect getimed. 

 

We verzamelen het brandbare afval van drie boten. Met de afgewerkte olie die Tony nog heeft, ontsteken we een prachtig vuur op het strand. De aangesleepte dode palmbladen houden het mooi brandend. 

Onze vuilverbrandingsplek is iets te dicht bij het nest van een Jan-van-Gent. Mama probeert ons weg te jagen, maakt schijnaanvallen vlak boven ons hoofd. Het jong, even groot haast als mama en eigenlijk "uit zijn nest gegroeid", kijkt onverstoord toe. 

 

Als de as met de eb wegdrijft naar de oceaan, springen we weer allemaal in onze auto euh dinghy en tuffen terug naar huis euh boot. Het was weer gezellig.  

 

Vrijdag : 4 juli 2014 :

Ik ga vandaag wél snorkelen. Voel me onrustig als we te lang op één plek blijven, wil dan vanalles doen, anders ga ik te veel aan thuis denken. Thuis waar de vakantie begonnen is en waar ze oppas nodig hebben voor de kleintjes en hulp met het uitpakken na de verhuis. Karen en JM (en wij dus ook) wonen immers weer op een andere plek. In Halen, terug in Limburg! 

Heimwee begint aan me te knagen. De keerzijde van onze droom-medaille !

 

Al snorkelend probeer ik dat gevoel te verjagen. De koraalblokken die ik wil verkennen, liggen vrij ver weg. Tony brengt me met de Jak. Van zodra je je kop onder water steekt, ben je in een andere, stille wereld. Grote baarzen staren me verbaasd aan, ze worden hier "gepoetst" door piepkleine poetsvisjes. Ik zie zoveel knalgele vlindervisjes, met de knapste zwarte streeppatronen. Plots verschijnt in het 2 m diepe water een zwarttip rifhaai van zo een anderhalve meter. Heeft hij mij gehoord? Hij komt op me toe, zwaait in één soepele typische 'haai"beweging weg. Ik trek me toch maar terug tot bij onze dinghy. Zo een held ben ik nu ook weer niet. Steeds komt hij weer een kijkje nemen, zwemt rondjes rond ons bootje. Tony kan hem niet zien, er staan te veel windgolfjes. Hij beweert, zolang je het liedje van Jaws niet hoort, ben je safe ! 

Ik krijg het koud en neem afscheid van dit prachtig beestje, onvoorstelbaar dat ze hen doden enkel voor hun vinnen!?

 



De dagen vloeien in elkaar over in dit wondermooi, natuurlijk, tropisch zwemparadijs voor groot en klein! Ik zou vergeten mij af en toe te melden. 
Een zwemparadijs dus mét een aantal stroomversnellingen om u tegen te zeggen, de passen door het rif. Onbereikbaar voor vakantiegangers zonder boot. Enkel te beschrijven met clichés en tot de draad versleten superlatieven. 
Die kleuren! Het spierwitte rif met de donkergroene palmbomen, het water in alle tinten van diepblauw tot zeegroen, doorschijnend als een zwembad. De ovale lagune zo groot, dat je slechts een paar plukjes bomen, op eilandjes aan de horizon, de overkant, ziet.  

Wat doen we hier de godganse dag? Snorkelen, zwemmen, met de Jak rondcrossen, proberen te wandelen op het soms vlijmscherpe rif en sundowners drinken in steeds weer een andere kuip. Echt vakantie. 

Dank zij de Tuamotus Sandpiper (een vogeltje waarvan ik de Nederlandse naam niet ken) is Tahanea natuurgebied. De bewoners zijn moeten vertrekken. Af en toe passeren er rangers. En, een paar maand per jaar, wordt er kopra gewonnen. Geen levende ziel is bij de huisjes te bekennen als wij er zachtjes voorbij stromen met onze Jak.  Een nieuw kerkje bewijst dat er soms toch nog volk woont. We zien een gigantische waterton. 

Een tiental cruisers scharrelen in deze atol een beetje van de ene ankerplek naar de andere. Overal hebben we een huisrif, zoals de betere duikhotels! Gewoon rondom ons. Op onze eerste plek maken we kennis met huishaai, Charlie. Een zwarttip rifhaai die voortdurend patrouilleert in het ondiepe water. 
Het is lang geleden dat we nog zo mooi koraal zagen, zoveel kleuren, zoveel verschillende vormen. Reuzegrote zeeëgels, een gigantische zeester : doornenkroon (?) en zoveel vis. Te veel soorten om op te noemen. Ook de vissen uit het aquarium van de "Nemo" tandarts zijn van de partij. Hier zouden de kleinkinderen hun hartje kunnen ophalen.

We gaan samen met de "Nautilusjes" driftsnorkelen in de west pas. Bij laag water naar open zee met onze Jak, hup, in het water en de stroom doet de rest.  Hij sleurt je gewoon weer mee naar binnen. Je moet enkel maar je ogen de kost geven. Een tiental haaien zwemmen ongestoord onder ons door. Geen interesse in ons. Manta's zien we vandaag niet. Maar de onderwaterwereld ...onvergetelijk. Het water is kouder dan we gewoon zijn (27°). Snorkelen met duikpak dus. 
Seppe en Fien tonen ons in het ondiepe water bij een eilandje de baby haaitjes.  

Morgen willen wij een ander ankerplekje opzoeken. Voorlopig afscheid van de toffe Vlamingen van de Nautilus. Ik krijg een zelf geknutseld cadeautje van Fien. Lief! Voel ik me toch weer even oma!

JSN Mini template designed by JoomlaShine.com