We hebben weer brood en fruit voor een paar dagen, dan vertrekken we nu (half elf) met de zon in de rug naar de lagune en het zuid-oostelijk rif van Bora Bora.
Jakker en Nautilus volgen Ulani die deze trip al een paar maal maakte.
Zon hoog boven, maar achter je, dat is het geheim van de "oogbal navigatie". Zo kan je heel duidelijk de "paté's" (koraalbommen) in het water zien en aanwijzingen geven aan de stuurman hoe er omheen te varen. Immers de diepte is dan wel 3 of 4 m, die koraalblokken reiken soms tot aan de oppervlakte. Daar wil je niet tegenaan knallen.
Ons anker droppen we uiteindelijk tussen het Méridien en het St. Régis resort...de luxe hutjes met glazen bodem, boven het water. Over de kleuren zwijg ik maar liever, die kan je toch niet beschrijven. Dat moet je zelf zien om het te geloven. Flink verwend als we zijn, verrassen ze ons toch nog steeds.
We komen hier voor de manta's (Spaans voor deken !). In elke gids vertelt men waar die dieren zich komen voeden, in een 10 m diepe kloof tussen ondieper rif.
Om 8 u varen we met onze Jak rond boven deze plek. Duikers blazen bellen naar de oppervlakte. Enkele snorkelaars maken zich al nat. Het duurt nog tot 9 u vooraleer er commotie ontstaat en de kreet "manta's" klinkt.
Vlug masker en vinnen aan en ook in het water. Jak op sleeptouw.
Ja, daar beneden vlieg-zwemt hij/zij statig voorbij, in een prachtcombinatie van zwart en veel wit, vleugeltippen op en neer, zijn mondkwabben bewegend om zoveel mogelijk voedsel naar binnen te loodsen. Expert Karen vertelde me : "Hoe meer wit aan de dieren , hoe jonger ze zijn. De oude exemplaren zijn helemaal zwart ! "
We volgen een aantal van de beesten, freediven , proberen hen bij te houden, zwemmend tegen de sterke stroming, waarvan zij totaal geen last hebben.
Uren kunnen we zo blijven zwemmen...koud krijgen we het niet.
Terug bij Jakker bezorgt Philippe (Ulani) ons een stick met foto's. Ondanks het troebele water, vol van kril en plankton waaraan manta's zich tegoed doen, zijn ze erg mooi en duidelijk. Overtuig jezelf. Dank je wel, Philippe.
Iedere cruiser heeft zo zijn top tien van "niet te missen doelen". Vlaamse Jacob van Kwispel is een klimmer. Hij moet en zal bovenop dé berg van Bora Bora (zie op foto vorig artikel) een kiekje van zijn Etap 38 maken. Verkondigt dat hij dat morgen, samen het Hans (Nautilus) zal doen en staat daar plots met tien mensen voor de klim naar de 661 m hoge Mt Pahia . Bora Bora is écht wel meer dan rieten luxe hutjes op het water.
Jacobs "opstapster" Cara (Amerikaanse), haar Portugese vriendin Claudia, ook opstapster, maar dan bij Australische Matthew en de crews van Nautilus en Jakker : deze tien kleine negertjes vatten maandagochtend de tocht aan.
We verlaten al snel de "hoofdstraat" van Vaitape (hoofdstadje van Bora Bora) en wandelen tussen de hutjes van inlanders door richting aanvang pad. De dame in het laatste huisje tracht ons nog een zogenaamd verplichte gids aan te smeren. Als dat niet lukt, drukt ze ons op het hart vooral voorzichtig te zijn en begint ze ons, met veel gevoel voor drama, te tellen.
Laat ons er nu maar aan beginnen. Meteen gaat het omhoog. Dat zal zo blijven tot boven. Het pad is smal, modderig, de bodem bedekt met ontelbare wortels, een beetje het idee van een "trap". Ideaal om je voeten een houvast te geven en om je met je handen en armen omhoog te hijsen. Elk kwartier ongeveer staan we voor een grotere uitdaging : een mosbegroeide rotswand waarover water drupt, een touw waarlangs je omhoog moet, een steile klim zonder veel steun.
Seppe (7 jaar) en mama Katrien zien het niet meer zitten en keren terug. "Toen waren ze nog met acht. " Na twee en een half uur klimmen worden we beloond met het prachtigste zicht over de lagune en het eiland beneden. Mijn energie is op. Tony en ik besluiten hier onze boterhammetjes op te eten. We zijn er immers haast. De anderen klauteren nog iets hoger.
"Toen waren ze nog met zes. "
Onze tocht naar beneden kost nog heel wat bloed, zweet en...geblaas. Na zowat twee uur sta ik met knikkende knieën, modderige broek...totaal uitgeput in de supermarkt. Die Magnum Double Chocolate wat hebben we die verdiend !
Na een uurtje rust volgt een heerlijk relaxed happy hour. Daar vernemen we dat wij net op tijd stopten, dat de energie en de angst die het kostte om nog wat hoger te raken, niet in verhouding stond met de beloning, het uitzicht net hetzelfde.
Nooit gedacht dat ik zo een klimpartij zou aankunnen. Mijn spieren zullen mij morgen wel een ander verhaal vertellen.
Hoe heerlijk we in het zuiden van Huahine Iti ook voor anker liggen, met slechts drie boten, we vertrekken morgen naar Bora Bora. Als we langer treuzelen, voorspelt MRCC Papeete (het KMI van Tahiti) hoge golven en weinig wind. Een combinatie die voor wasmachine toestanden zorgt, helemaal niet leuk.
We slaan het tussenliggende eiland Raiatea over, bewaren dat voor later.
6 u stipt, het is net licht, verlaten we het lieflijke Huahine, het enige eiland van Frans Polynesië dat Cook nog zou herkennen, mocht hij terugkomen, zo beweren de reisgidsen.
We moeten onze snelheid in de gaten houden, anders komen we in het donker aan. We motoren dus af en toe wat "bij" om 6 knopen te blijven lopen. Maar meer dan de helft van de 55 mijl kunnen we zeilen. Zalig, koffiezeilen.
Heel even komt er een kleine walvis lucht happen, laat enkel een grote plek "omgewoeld water" achter. Hoe goed we daarna nog de horizon afzoeken, niks meer te zien. De laatste dagen zagen we een paar keer de eindeloos lange, gekromde ruggen met het kleine vinnetje achteraan omlaagduiken, de fonteinen uitgeblazen lucht opspuiten...vanaf de kant. Voor een ontmoeting op zee zijn we, al kijken we ernaar uit, ook wat bang. Té dicht moeten ze echt niet komen.
Na acht uur varen, naderen we Bora Bora, met de twee markante 800 m hoge vulkaanpieken, wellicht het best bekende, meest toeristische Genootschapseiland. Ze hebben ons al zien komen. Nautilus en Ulani roepen ons op, er is nog een boei vrij tussen hen in. Het is hier 32 m diep voor de Mai Kai Yachtclub, ondoenbaar te ankeren. Philippe komt ons met zijn supersnelle "Ferrari"dinghy tegemoet, helpt mij om de boei te pakken.
Nog vóór we echt vastliggen, word ik op de hoogte gesteld van alles wat een cruiser moet weten. Men vraagt geen geld voor de boeien, er zijn gratis douches, een pool, happy hour, water. Super U vlakbij. Tankstation voor benzine en diesel.
Ik was alweer vergeten dat de goedlachse Philippe op zo korte tijd zoveel kan vertellen. Het volgend jaar zal leuk worden met de Zwitserse Ulani in de buurt. Van bijna alle andere boten zullen we nu afscheid moeten nemen, maar Sandra en Philippe blijven ook in Frans Polynesië.
Ook de foto's van Moorea en Huahine kan je nu bekijken.
Mensen met vakantie in Huahine huren een auto om rond het eiland te rijden. Bewonderen de prachtige baaien en het rif met de onmogelijke tinten blauw tot groen.
Wíj varen met Jakker in de lagune langs het eiland. Bewonderen de machtige bergen, er is geen plekje dat niet dichtbebost is. Stellen ons voor wie in de luxe huizen langs het water woont.
Zo, opboksend tegen de stroming, die Jakker vaak gewoon dwars zet, zodat we als een krab verder varen, bereiken we Hana Iti strand. Het vijf-sterren hotel dat hier stond is in 1998 verwoest door een orkaan. Enkel een mooi strandje blijft er over. Een Polynesiër, ex-para in het Frans leger, is guardien en bewaakt zijn stukje strand met veel vechtlust. Hij duldt hier geen inlanders die eigen gestookte drank meebrengen. Polynesiërs verdragen geen alcohol, vertrouwt hij ons toe. Wij zouden het hen nog vergeven, met prijzen als 50 € voor een bak bier, speelden wij ook al met die gedachte. Harde muziek draaien, mag ook al niet. Alle rust voor de toeristen.
Na een bijzonder mooie snorkelgang op "zich herstellend koraal", een orkaan verwoest niet enkel boven water, zetten we onze tocht naar het zuiden voort.
Als we niet meer verder kunnen wegens te ondiep, zakt ons anker in het glasheldere water van de Baie d'Avea. Tony zegt al minstens 30 jaar : "Ik wil zeilen naar daar waar ik mijn anker op de bodem kan zien liggen en er gewoon naar kan freediven!" Hier voldoet bijna elke ankerplek aan die voorwaarde. Missie gelukt !
Dit stuk "ijzer" is ons anker !
We wandelen naar een grote Marae (pre-Europees platform voor erediensten, lees : onder andere het brengen van mensenoffers) hier uitzonderlijk gemaakt van koraalblokken. Wat een lokatie! Mensen van alle tijden, waarderen dezelfde dingen, bedenk ik. Ook wij staan in bewondering voor de magische plek tegenover een motu (eilandje) met het door huizenhoge golven geteisterde rif.
Net op deze plek ontmoeten we een Polynesische oma en opa, met kleindochtertje, op wandel en op zoek naar een bepaalde medicinale vrucht. Zij is een achter-achter-kleindochter uit het koninklijk geslacht van Huahine. Zijn ganse familie woont in Anaho baai op Nuku Hiva. Wij ontmoetten daar een paar maanden geleden neven en nichten van hem. Ook toevallig !
Hij (een gedestingeerde grijze man met het lange haar in het typische knotje) toont ons zijn prachtig getatoeëerd bovenbeen, met de vijf traditionele types van schepen waarmee de Polynesiërs over de oceaan voeren.
Wist je trouwens dat ons woord tatoe uit hun taal komt, evenals tapu of tabu, taboe in het Nederlands?
Vóór de muggen (hopelijk geen tijgermuggen die dengue verspreiden) ons helemaal opeten, wandelen we terug en sluiten de avond af bij Chez Tara.
Hier maken de muggen plaats voor een soort vliegende mieren die ik voortdurend uit mijn V-hals T-shirt moet plukken. Stomme beesten, vliegen in onze ogen en oren...willen uitdrukkelijk meedoen met ons romantisch zwoele avond diner . Het paradijs... bestaat niet.