Vroeg in de zestiende eeuw werden de Galapagos eilanden per toeval ontdekt toen een schip, met de bisschop aan boord, op weg van Panama naar Peru, naar de eilanden afdreef. 
Dat snappen wij niet!  
Wij zitten al meer dan 5 dagen tegen de stroom te jakkeren. Hebben mooie wind (nooit verwacht), lopen tot 7 soms 8 knopen (door het water) maar vorderen slechts aan een slakkengangetje van 3 knopen. over de grond. Het is zoiets als  zwemmen in een piepklein zwembad met jetstream. Het zij zo. Humboldt zal er wel meer van weten. 
We zijn er dus nog niet ! 
Als ik dit schrijf (maandagmiddag - 1 week onderweg) liggen er nog 288 mijl voor ons, 3 dagen varen ? 

Zal ik wat vertellen over het leven dat we op zee aantreffen? 

Na de Perlas eilanden waar vogels de baas zijn, omdat er zoveel vis in het water zit, wordt het rustig op en boven het water. 
Af en toe zien we wat Jan-van-Genten. Meeuwen komen 's nachts op ons licht af. Vliegen een tijd rond Jakker. Eentje heeft onze bimini danig besprenkeld met van dat "straf spul".
Eén dag hadden we een passagier. Een mooie zwarte vogel met volledig rode borst en rode vleugelonderkant zat een dag aan dek. Het water dat we hem aanbieden, moet hij niet. Na de nacht is hij verdwenen. 

Dan wordt het opvallend rustig. Klopt het toch dat er geen leven meer in de oceanen zit? 
Maar dan plots een school dolfijnen, net voor we de nacht in gaan.
Elke ochtend vinden we pijlinktvisjes aan dek, na een uurtje zijn het stinkvisjes en krijg je ze niet meer van dek gepeld. 

Zondagochtend. We drinken net koffie.  Een rare geur. Uitlaatgassen?! Er is toch geen boot in de buurt.  Terwijl ik voor Jakker uitklijk op zoek naar een grote boot, komt er een lancha achterop!  Een vissersboot. Duidelijk. Drie mannen met regenpakken, kappen op, rechtopstaand in hun snelle, open boot met één buitenboordmotor. Ze wuiven. Hebben duidelijk vriendelijke bedoelingen. Naderen de boot. Wij pakken snel zwembroek en bikini. Of ze agua kunnen krijgen?  Ok, wij moeten ook spaarzaam zijn met water, maar dit kan  je niet weigeren. We vullen een colafles met water en geven die samen met een paar biertjes over aan de vissersboot die vervaarlijk dichtbij komt.  Alles onder volle snelheid. De bierblikjes belanden in het woelige water, maar worden meteen weer  "opgevist".  Gracias...duimen op en veel gewuif en ze zijn weer weg. 
We blijven ze in de gaten houden. Ze gaan naar een hele lange boeienlijn....o nee, hebben zij een net des doods uitgezet...waar schildpadden, dolfijnen en andere dieren een vreselijk einde vinden. Dat willen we zeker niet steunen. We hadden te doen met die mannen in deze golven, in hun open boot, zonder comfort. Wat zitten wij te klagen dat onze boot scheef gaat en op de golven bonkt. 

Volgende dieren die zich aandienen. Grienden, kleinere tandwalvissen.  Pikzwart, met typische bolle kop en gekrulde rugvin, komen ze even boven om dan te verdwijnen. We zien ze overal rondom ons, te ver om foto's te maken. 
Nog steeds is het wachten op de grote walvissen. 

Wel zien we 's nachts op de radar het moederschip waar de vissermannen voor de nacht samenkomen.

JSN Mini template designed by JoomlaShine.com