We wonen in het paradijs. Lopen, waarom niet, op Jakker meestal rond als mensen in het paradijs. Zonder kleren....Maar zelfs in het paradijs heb je buren. Indianen, in ons geval. Ze wonen in huisjes bij, soms zelfs boven het water. Hun hele leven speelt zich af op het water. Ze vissen, brengen kinderen naar school, vissen, varen naar hun veldje of naar een ander huisje, vissen...dat allemaal met hun cayuco's (uitgeholde boomstammen).

 

Van als je 's morgens je kop uit het luik steekt, zie je ze, voorbij glijdende boomstammen met één, twee soms nog veel meer mensen erin. Ze roeien, met die speciale roeispaan van hen en die speciale techniek. Twee paddelslagen aan één kant van de boot, één tel paddel in het water houden om te sturen. Twee slagen, houden, twee slagen, houden...Klein en groot, iedereen kan het.
Zo een vertrouwd beeld voor ons. Thuis iets voor National Geographic?

Deze indianen hebben wél kleren aan (de omgekeerde wereld), gaan er zelfs in zwemmen. De "beschaving" heeft hier met harde hand dingen opgedrongen.
Wij willen de oorspronkelijke bevolking niet storen met onze witte lijven en waken er dus over vlug wat aan te trekken als ze in de buurt komen. Her en der liggen, strategisch neergelegd, een broek en topje.
Er is echter een probleem. Al hebben we intussen een neus ontwikkeld voor het opsporen van bootjes rondom ons : de "klong" van een roeispaan die even wordt neergelegd in hun boot, het zacht gespat in het water van iemand bezig met vissen, de harde klanken als ze met elkaar praten, toch verrassen ze ons nog vaak en duiken geluidloos vlakbij Jakker op. "Sluipers" roepen we, als er weer eens eentje dichtbij komt.

Maar in Big Bight (Isla Colón),daar liggen we nu, zijn blijkbaar geen huisjes in de buurt. Ons naturistenparadijsje wordt niet verstoord. Of toch?
Daar komt David (Rewa) aan met zijn dinghy. Bocas Town is immers niet zo ver.
Brede smile op zijn gezicht : "You can run, but you can't hide" !

 

 

 Foto's van Panamarina en Portobelo in nieuw mapje.

 

 

Zeilers willen zeilen.
Akkoord, tegenwoordig hebben ze wel een flinke "hulp"motor aan boord. Een motor die eens smalend lacht met de échte hulpmotor van weleer, zelfs.
Maar nog steeds haten zeilers "motoren". Het is beneden hun waardigheid.

Toch moet ik toegeven dat, in momenten van opperste frustratie, als de wind het laat afweten en de stroming ons meeneemt naar waar we níet heen willen, het geronk van ons groen monster (Volvo Penta) ons als muziek in de oren klinkt.
Ere wie ere toekomt, we zouden zeker niet zo ver geraakt zijn zonder hem en vooral niet zo makkelijk.
Blijft het feit dat we, als elke zeiler, graag opscheppen over het kleine aantal afgelegde motormijlen.

Maar lap! Wat doen we hier in de archipel van Bocas del Toro? We jakkeren van het ene mooie mangroven plekje naar een volgende jungle schuilplaats. Tussendoor naar Bocas Town voor inkopen en zondag naar Rana Azul voor lunch maar vooral voor de crazy afternoon-party van "tieners uit de golden sixties". En dat allemaal...op motor!  Het waait er immers bijna nooit, vooral niet in het regenseizoen.
Ramp, dat cijfer in de logboekkolom van "motoruren" blijft maar stijgen.

Bij de volgende "toogdiscussie" over dit onderwerp, houden wij wijselijk onze mond.

 

Ankerplek met dolfijnen attractie bij zonsondergang.

 

 Zoek de luiaard in de jungle dichtbij ons pad.

 

 

Hebben we zin in nog een junglewandeling? Ja, waarom niet.

Yarabis van restaurant "Vallei van de kikkers", tevens wandelgids, neemt ons mee. We wimpelen de aangeboden regenlaarzen af, vrezend pas echt blaren te ontwikkelen als we hier onze blote voeten in steken. We konden ze echter wel eens nodig hebben. Er hangt regen in de lucht.


Snel op weg dus. Na een half uurtje over berg en dal van wat nog het meest aan alpenweiden doet denken, komen we aan het prachtigste stukje regenwoud : Valle de las ranas.
Terwijl we de rondom ons krioelende rode kikkers gadeslaan (dat ene exemplaar in Bastimentos stelde niks voor) klinkt boven ons het bekende gebrul. Hoog in de boomtoppen vinden we de bron van al dat kabaal. Drie brulapen.  

 

Verder gaat de wandeling. Gele, chocolade-bruine kikkers, prachtige spinnen. Plots een vreselijk gekraak in de warboel van junglebomen en -planten rechts van ons. Valt er een boom om? Een krachtige wind raast door het bos en plenst regen op ons neer. Steeds meer grote "dingen" (bladeren, kokosnoten ?)  vallen uit de bomen naar beneden. Is het hier wel veilig?

Steeds sneller lopen we over de paadjes die vrijwel meteen kleine modderstroompjes lijken. Met haar machete "plukt" Yarabis handig een aantal grote bladeren, onze paraplu's. Zo raken we toch nog iets minder dan druipnat terug bij het restaurant.

 

Tijdens de hamburgerlunch komen dolfijnen onze aandacht weer opeisen. Vlakbij de rustig dobberende Jakker en Rewa nog wel  Ze springen hoog op, toch even herinneren, wij zijn nog steeds in Dolphinbay.

 

 

 

We zijn een beetje een rare familie dus moederdag vieren we via het kleine schermpje van de laptop en skype. Kinderen en kleinkinderen tezamen in Eindhout, wij op een plekje verstopt tussen groene eilandjes.
Er was helemaal niks afgesproken. Maar, verrassing, verrassing, we hebben totaal onverwacht een goed internetsignaal van één van de expats-huizen in de buurt dus het lukt wonderwel.
Hoe kan het dat die kleinkinderen zo snel groeien en er telkens weer anders uit zien?
Mijn moederdag kan niet meer stuk. Vooral niet als de hemelsluizen weer eens opendraaien en onze watertanks, na een poos, overlopen.
Alleen, het wordt nu zo koud. 27° binnen en 26° buiten 's morgens bij het opstaan. Brrr!

Een waarheid als een koe : als het regent schijnt de zon niet en werken de zonnepanelen op een heel laag pitje. Wij dus in energiesparende modus. De elektriciteit in de batterijen gaat enkel naar levensnoodzakelijke dingen. En eigenlijk is er maar één zo een ding: de koelkast.

Maar wat dóet een mens in deze modus?
Opruimen, wassen en plassen, zelfs met veel water, dat mag. Maar hoe droog je die gewassen spullen vervolgens?? Nee, geen goed idee.

Tekstje schrijven op de laptop, stikken aan de nieuwe muggenschermpjes...vergeet het maar : geen elektriciteit voor zulke frivoliteiten.

Regentijd is zodoende extra leestijd. Onze e-reader laden we wel bij als de zon weer schijnt.