Positie : voorhaven Port Moselle .

Avondwandeling bij de gloednieuwe , ongebruikte ferry terminal.


Wat een rotdag vandaag, eentje om zo weer te vergeten. En voeg daar meteen de vijf vorige dagen maar bij...en de volgende ? Het regent constant, de felle rukwinden doen de boot rondtollen als een molen, we dansen af en toe wild op de deining en koud dat het is. Ik duik de ver weggestopte sokken, jogging broeken en sweaters op. De wat muffe geur nemen we voor lief.
Météo France verkondigt dat het al 30 jaar niet meer zo “donker” is geweest in la Nouvelle Calédonie. De zonnepanelen, het stikt ervan hier, leveren quasi geen energie.
Moet je ons niet vertellen. Als de zon forfait geeft, moet onze motor elke dag anderhalf uur stationair draaien om de batterijen te laden zoals het hoort, stroomdraaien noem je dat. We zitten nu bovendien veel binnen en dan verbruik je nog meer stroom met laptops en radio, bovenop onze grootste stroomvreter, de koelkast.

Nee, we liggen niet meer in de comfortabele haven met elektriciteit à volonté. Einde van het cyclooncontract van vijf maanden voor plekje A 12 in Port Moselle.
We hadden weer geen beter moment kunnen kiezen om uit te checken. De voorbije prachtige week hebben we keihard gewerkt, amper tijd om van de stralende zon te genieten en nu krijgen we dit herfstweer op ons bord.
Met een gezellig dinertje aan boord van de Okeanos van Christel en Patrice uit Nice, sloten we de marinaperiode af.
En nu liggen we al vijf dagen op anker in het zeilersdorp net buiten de havenarmen van Port Moselle. Hier vind je permanente bewoners van jachten waarvoor geen plaats was in de haven of die het geld er niet voor (over) hebben. We wachten noodgedwongen op beter weer.

Ondanks alles voelen we ons vrij.
De havenuitgang ligt pal achter ons. Er is veel bedrijvigheid, altijd wat te zien, zelfs als het giet. Zo komt het luxe superyacht tevens cruise schip Le Lapérouse aan het ferrydok liggen nadat ze drie weken in quarantaine doorbrachten door covid. Eindelijk mag de 90-koppige bemanning van boord.
Het lijkt erop dat in deze tijden van corona de verplichte gele vlag opnieuw haar oeroude betekenis terug gewonnen heeft. Elk schip moest toen 40 dagen in quarantaine om te bewijzen dat er geen ziektes aan boord waren.

De Lapérouse, luxe cruise schip.

Zeilersdorp buiten Marina Port Moselle.

Wat doe je bij slecht weer als je niet van boord kan? Je zet gewoon de lock down procedure verder. Je klust en “pottert”. Wereldzeilen is immers werken aan je boot op exotische plaatsen, ok, nu even wat minder exotisch. Bij een boot als de onze, 24 jaar oud, is dat helemaal het geval.
Tony puzzelt in zijn elektrische kabel verzameling, plaatst een knopje voor de motorventilator, soldeert één en ander, geen sinecure op een schommelende boot. Kortom, elektrische geklus, helemaal zijn ding. Ik probeer met chloor schimmelvlekken uit de gordijntjes te wassen, gordijntjes die altijd dichtgeschoven zijn en nu even weg kunnen want anders is het toch te donker in de boot.
De peperdure dieptemeter plaatste Tony al in de haven. Er zit nu een groter gat in het achterschot. En of hij werkt die meter ! In koeien van letters staat de diepte aangegeven, een rood lichtje brandt bij nacht.
Tony dook ook de 70 m lange aussières (orkaan landvasten) op uit het water. Ik poetste en schrobde 2 dagen lang de schelpjes en modder eraf zodat we ze op de allerlaatste vrije plekjes aan boord kunnen wegstouwen.

70 m touw poetsen !


Ja, je hebt dat goed opgemerkt, aan boord is van emancipatie weinig sprake. Typische mannen en vrouwen jobkes , traditioneler kan niet.
Ik ga over het naai-en poetswerk, kook ook meestal. Communicatie is ook mijn ding net als navigatie.  Tony is naast kapitein, elektricien, mechanicus, loodgieter.
Goed wetende dat ik die technische skills toch nooit zo goed onder de knie krijg als Tony, doe ik geen moeite en ben ik vooral blij met mijn kapitein met zijn gouden handen.

En laat nu verdorie dat beter weer maar eens komen, zodat we weg kunnen zeilen !

 

 

Additional information